Het wordt voor de overheid makkelijker om snel te zien welke aandeelhouders er in een BV zitten. In de aanpak van financieel-economische fraude is ervoor gekozen om het eerder aangekondigde centraal aandeelhoudersregister onder te brengen bij het Handelsregister, dat wordt beheerd door Kamer van Koophandel. Minister Opstelten van Veiligheid en Justitie schrijft dit mede namens de bewindspersonen van Financiën en de minister van Economische Zaken in een brief aan de Tweede Kamer.
Het doel van het beoogde register is om transparant te maken wie als aandeelhouders betrokken zijn bij een onderneming. Nu kost het toezichthouders en opsporingsdiensten vaak veel tijd om te achterhalen wie zich schuilhoudt achter een Besloten Vennootschap (BV), een niet-beursgenoteerde Naamloze Vennootschap (NV) of een constructie met meerdere vennootschappen.
Aandeelhoudersregister
Het voordeel van het onderbrengen van het centraal aandeelhoudersregister bij de Kamer van Koophandel is dat straks de informatie over rechtspersonen, hun bestuurders en aandeelhouders op één centrale plaats aanwezig is. Hierdoor kunnen opsporingsdiensten sneller over informatie beschikken in de aanpak van financieel-economische fraude.
Bovendien beperkt het onderbrengen van het centraal aandeelhoudersregister bij de Kamer van Koophandel de lasten voor burgers en het bedrijfsleven. “Het optimaal gebruik van de bestaande infrastructuur en het voorkomen van vermijdbare kosten acht ik in deze economische tijden van groot belang’’, aldus minister Opstelten.
Handelsregister
Het streven is om eind dit jaar met de minister van Economische Zaken een voorstel naar de Tweede Kamer te sturen voor de wijziging van het Handelsregisterbesluit, waarin nadere regels zullen worden gesteld voor het centraal aandeelhoudersregister.
Opstelten wil ook deze kabinetsperiode het faillissementsrecht stevig moderniseren door middel van zes wetsvoorstellen. Zeer binnenkort gaat een wetsvoorstel in consultatie met maatregelen om de aanpak van faillissementsfraude aan te scherpen en te verbeteren. Fraudeurs ontspringen nu vaak de dans. Na de zomer volgt een wettelijk regeling voor een Nederlandse variant van de zogenaamde pre-pack. Hiermee kan een doorstart van op zichzelf gezonde bedrijfsonderdelen worden bereikt.
Onbehoorlijk bestuur
In maart van dit jaar werd al een wetsvoorstel over de introductie van het civielrechtelijk bestuursverbod ter consultatie op het internet geplaatst. Deze regeling zorgt ervoor dat bestuurders maximaal vijf jaar een bestuursverbod kunnen krijgen als zij zich schuldig maken aan onbehoorlijk bestuur.
Ook komt er in het voorjaar van 2014 een wetsvoorstel dat de aanstelling van een stille bewindvoerder mogelijk maakt, een akkoord buiten het faillissement faciliteert en de continuïteit van ondernemingen bevordert. De bewindsman wil met zijn programma faillissementen zoveel mogelijk voorkomen, en, als dat niet mogelijk blijkt, een doorstart vergemakkelijken. Financiële problemen laten zich het best oplossen als zij in een vroeg stadium worden onderkend en aangepakt. Daarom richt Opstelten zich in de eerste plaats op maatregelen die ondernemers stimuleren tijdig hulp te zoeken wanneer betalingsonmacht dreigt.
Reorganisatie
De maatregelen zijn gericht op het faciliteren van reorganisatie, herstructurering en doorstart van op zichzelf gezonde ondernemingen. De stille bewindvoering en het dwangakkoord buiten faillissement zijn bruikbare instrumenten voor de situatie waarin wel sprake is van financiële problemen, maar een faillissement nog voorkomen kan worden.
Bij de pre-pack wordt vóór een onvermijdelijk faillissement al een doorstart voorbereid. Ook wanneer het faillissement al is ingetreden kan er nog ruimte zijn voor een doorstart. Opstelten wil er daarom voor zorgen dat de curator binnen het faillissement voldoende mogelijkheden heeft om de kansen hierop te inventariseren.
Curator
Tot slot wil de minister de positie van de curator versterken en de faillissementsprocedures moderniseren. Een versterkte positie van de curator moet er onder andere toe leiden dat mogelijke fraude bij faillissementen eerder kan worden gesignaleerd. Een wetsvoorstel hierover gaat in het najaar in consultatie.
Nieuwe faillissementsprocedures moeten efficiënter en transparanter worden. Bovendien moet de procedure voldoen aan de eisen van de moderne, digitale tijd en binnen een behoorlijke termijn worden afgewikkeld. Zo zullen het elektronisch berichtenverkeer en de mogelijkheden van internet beter worden benut. Deze nieuwe wettelijke regeling gaat eveneens in het voorjaar van 2014 in consultatie. >>>